Synoniemen

      
Onder een wonderbaarlijke lucht
In een wonderbaarlijke mooie zee
Met wonderbaarlijk blauw water
Lag een wonderbaarlijk eiland
       
Op dit fabelachtige eiland
Stond een fabelachtige boom
Met fabelachtige takken
En fabelachtige bladeren
       
Onder die geweldige boom
Groeide een geweldige paddenstoel
Met geweldig grote stippen
En een geweldige steel  
       
Op die onvoorstelbare paddenstoel
Zat een onvoorstelbare kleine kabouter
Met een onvoorstelbaar grote baard
En een onvoorstelbare puntmuts
       
Op die fabuleuze puntmuts
Zat een fabuleus grote vlo
Met fabuleus grote poten
En een fabuleus kleine angel
       
Aan die miraculeuze angel
Zat een miraculeus scherpe punt
En met die miraculeuze angel
Steekt hij zo in jouw miraculeuze ………gat
        

        ©Ghans Dorrebrein       

Openbaring

  

En die mensen die overgebleven waren
Die niet lagen dood op de altaren
Bekeerden zich toch niet van hunner geloof

Lieten zich niet deren van hun lijkroof

Bogen node diep naar hunne goden

Raakten niets en nimmer afgevloden

Zij dien niet konden horen

Bleven trouw aan God gezworen

Zij dien niet konden staan

Brachten niet hun tijd in lediggaan

Zij dien niet konden zien

Vonden hunne troost en vrede bijaldien        
       

Verre van hen de boze geesten

Vierden zij stoer de lentefeesten

Riepen stillens in de nacht

De sterrenhemel in haar volle pracht

Maakte de dat zij niet meer vreesden

Zijn kinderen op aarde niet verweesden

En toch op een dag

En onderdruk uwe lach

Was het sprookje verdwenen weeral

Met de Duivel, God en de kerk en al

Maar laat het u niet zeer deren

Ooit gaan ook wij weer iets vereren

©Ghans Dorrebrein

Blauwe ballen

Onder aan de leuning van de trap

Zat een grote koperen knop

De maan

        
De donkerrode indiaan
Is gek op de maan
Die geeft tenminste zicht
De zon daar heb je niks aan
Die schijnt alleen bij licht

Synoniemen

      
        
        Onder een wonderbaarlijke lucht
       In een wonderbaarlijke mooie zee
       Met wonderbaarlijk blauw water
       Lag een wonderbaarlijk eiland
       
        Op dit fabelachtige eiland
       Stond een fabelachtige boom
       Met fabelachtige takken
       En fabelachtige bladeren
       
        Onder die geweldige boom
       Groeide een geweldige paddestoel
       Met geweldig grote stippen
       En een geweldige steel
       
        Op die onvoorstelbare paddestoel
       Zat een onvoorstelbare kleine kabouter
       Met een onvoorstelbaar grote baard
       En een onvoorstelbare puntmuts
       
        Op die fabuleuze puntmuts
       Zat een fabuleus grote vlo
       Met fabuleus grote poten
        En een fabuleus kleine angel
       
        Aan die miraculeuze angel
       Zat een miraculeus scherpe punt
       En met die miraculeuze angel
       Steekt hij zo in jouw miraculeuze ………gat        
        
       
©Ghans Dorrebrein       

Kezen

Kees was een man
        
       Hij was vlieger
       Bij de luchtmacht
       Hij probeerde straaljagers
       Of ze het deeën
       Wat ze moesten doen
       Ze noemden hem altijd testkees

Kees was een vrouw
       
        Een hele rijke vrouw
       Met de mooiste kleren
       En de prachtigste juwelen
       Die borg ze altijd goed
       In een speciaal daarvoor gekocht doosje
       Dat noemde ze altijd de beautykees

Kees was een man
       
        En zat in het leger
       Hij had het ver geschopt
       Ontdekt door Paul
       Had hopen manschappen
       En was een gewaardeerd leider
       Ze noemden hem altijd majoor Kees

Kees was een vrouw
       
        Een geslaagde zakenvrouw
       Bij een gegoede bank
       Een scherpe visie
       Een spitse handelaar
       Een zakenvrouw op en top
       Ze noemden haar altijd businesskees

Kees was een man
       
        Te lui om te werken
       Of uit z’n ogen te kijken
       Hij mocht hieraan meedoen
       En rommelde dit gedichtje af
       En altijd te vroeg zei hij: Klaar is Kees

©Ghans Dorrebrein

Bloter dan bloot

       
     Daar lig ik dan
In het roze licht
Mensen om mij heen
Kijken verlekkerd naar mij
        
Daar lig ik dan
Bloter dan bloot
In honderd stukken
In plastic met sticker
       
Daar lig ik dan
Prostitueer mijn intiemste delen
Gevild, gesneden en gemalen
Verpakt in mijn eigen darmen
       
Daar lig ik dan
Exposeer mijn organen
Mijn billen bruin gegrild
Mijn oren zwart gedroogd
       
Daar lig ik dan      
Mijn leven mij verlaten
Wist niet dat ik leefde
En dus niet dat ik dood kon gaan
       
Daar lig ik dan
Geboren, opgesloten, vetgemest
Abattoir, een schot en sterven
Niemand weet hoe kort het was


        
        ©Ghans Dorrebrein